woensdag 30 april 2014

Betoog: Elke basisschool zou een mediacoach moeten hebben.

Tentamenopdracht “Media en Maatschappij” 24 januari 2014
“Met het betoog kun je een punt van het eindcijfer verdienen. Dit wordt getoetst tijdens het tentamen. Je schrijft dan een betoog van 400-500 woorden waarin je een zelfgeformuleerde stelling verdedigt. Deze stelling moet passen bij een van de thema’s die in de module aan bod komen. Je kunt het schrijven van het betoog goed voorbereiden door vooraf een opzet te maken met daarin aanleiding, stelling, argumenten, conclusie en gebruikte bronnen. Je mag deze opzet niet meenemen naar het tentamen, maar je kunt wel zorgen dat je het goed in je hoofd hebt. Zorg dat je zoveel mogelijk de literatuur en (web)collegestof gebruikt in je betoog.”

Elke basisschool zou een mediacoach moeten hebben.

Mediawijsheid is trending. Helaas komt dat vooral door negatieve berichten: Project X te Haren, webcammisbruik door pedoseksuelen en zelfs gevallen van zelfdoding onder jongeren, die slachtoffer waren van aanhoudend cyberpesten.
Stuk voor stuk heftige voorbeelden van hoe ernstig het mis kan gaan in deze digitale cultuur, wanneer we niet over de juiste kennis en vaardigheden beschikken. Maar vaardigheden zijn niet alleen belangrijk om ons te beschermen tegen de potentiële gevaren van internet en social media. Zoals de Raad voor Cultuur al in 2005 aangaf, gaat mediawijsheid om drie belangrijke zaken: functioneren, participeren en produceren. Dus ook om actief en volwaardig deel te kunnen nemen aan deze netwerksamenleving, te kunnen participeren, moet men over bepaalde skills beschikken. De benodigde vaardigheden, beschreven door Henry Jenkins (2006), omvatten bijvoorbeeld het delen van kennis, netwerken, maar ook het omgaan met verschillende perspectieven. Het belang van dat laatste neemt almaar toe, nu de verste uithoeken van de wereld nog slechts een muisklik weg zijn en sociale omgevingen steeds meer diversiteit vertonen.

Volgens velen, waaronder de overheid is de Openbare Bibliotheek de aangewezen plek om mensen, jong en oud, mediawijs te maken. Er worden ook zeker initiatieven ondernomen door de bieb, op dat gebied. Maar de toegankelijkheid laat te wensen over: niet elke woonplaats beschikt over een bieb, de openingstijden zijn beperkt en daarbij vindt een groot deel van de doelgroep de bieb gewoon niet cool.

Leren functioneren en participeren is wellicht een verantwoordelijkheid die bij ouders gelegd kan worden. Maar wanneer ouders zelf zo dikwijls de mist in gaan, zijn zij dan de aangewezen personen om hun kinderen hierin te begeleiden? Ik denk hierbij aan de hoaxes en vermiste personen, die tot in den treure worden geretweet en gedeeld, omdat niemand eraan denkt de bron te checken. Of alle vormen van identiteitshacks en –fraude, waar ouders van nu slachtoffer van worden, maar ook “sharents”: ouders die zoveel over hun kinderen delen op social media, dat we ons kunnen afvragen of er geen sprake is van inbreuk op de privacy. Deze ouders lijken zich niet voldoende bewust van het fenomeen “de digitale voetafdruk”.

De meest voor de hand liggende plaats om te leren is school. Helaas wordt mediawijsheid nog maar in beperkte mate opgenomen in de lessen. Het is vaak een kwestie van onduidelijkheid op het gebied van visie, vertaling hiervan naar de praktijk en toetsing. Maar ook de associatie die veel (oudere) leerkrachten hebben met social media als Facebook en Hyves, maakt dat het belang van mediawijsheid onderschat wordt. Om die reden zou elke basisschool een mediacoach moeten hebben. Deze coach kan in overleg met het team beleid opzetten, leerkrachten begeleiden en zo bijdragen aan een toekomst vol mediawijze volwassenen, die in hun volle potentie kunnen participeren in een digitale cultuur.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten